Zelf gekweekte groenten smaken dubbel zo lekker. Maar hoe start je eigenlijk een moestuinproject? Hier ontdek je er alles over.
Een moestuinbak of een balkonbak vol verse, zelf gekweekte groenten. Het klinkt heel verleidelijk. Maar hoe begin je eraan? In je plaatselijke tuincentrum kan je jonge plantjes kopen – die zijn nog niet zo groot en je zal nog wat geduld moeten uitoefenen tot je de eerste vruchten zal kunnen oogsten. Maar je hoeft niet per sé opgekweekte plantjes te kopen. Je kan zelf groenten zaaien en ze begeleiden tot aan de oogst. Hier ontdek je waarop je moet letten bij het zaaien van groenten en welke groentesoorten hiervoor het meest geschikt zijn.
Moet elke groente voorgezaaid worden?
De zaden van vele groentesoorten heben gelijkmatig warmte en vocht nodig. Net daarom is het zinvol om ze binnenshuis te laten ontkiemen en ze pas later naar buiten te verhuizen. Het weer op het balkon is voor de meeste zaden te wisselvallig en vooral vorst kan je groenten flink aantasten.
Je hoeft echter niet alle groenten voor te zaaien. Vooral wortelgroenten zoals wortelen, radijzen of rode bieten groeien heel snel en kunnen direct in de balkonbak worden gezaaid. Dit komt doordat de vruchten ondergronds rijpen en niet bovengronds zoals bij tomaten – grote temperatuurverschillen kunnen ze dus amper beschadigen.
Wanneer kan je groenten uitzaaien?
Als je de groenten liever binnen voorzaait, kan je reeds in februari of maart van start gaan. Dit is vooral belangrijk voor groenten die oorspronkelijk gewend zijn aan warmere temperaturen. Zij hebben een langere groeiperiode nodig voordat ze zich comfortabel voelen in de buitenlucht. Te vroeg zaaien is echter ook geen goed idee omdat de jonge kiemplantjes dan te weinig licht krijgen om goed te groeien.
In februari kan je aan de slag met paprika, chili of aubergine. Ze hebben veel tijd nodig om te ontkiemen. Vanaf eind maart kan je tomaten, courgette en komkommer zaaien. Zoals eerder vermeld worden wortelgroenten direct in de balkonbak of moestuinbak gezaaid. Dit kan je pas doen na de laatste vorst (IJsheiligen, half mei). Dat is het officiële begin van de vorstvrije maanden wanneer je je groenten buiten kan plaatsen.
Tip: De vuistregel luidt : vanaf midden maart kan je bijna alle groentesoorten zaaien. Lees zeker de verpakking van de zaadjes. Die vermeldt steeds de ideale zaaiperiode.
Waarop moet ik letten bij het zaaien van groenten?
Voor een succesvolle en betrouwbare teelt van groenteplanten is naast het juiste zaaimoment en het juiste zaaigoed vooral de locatie belangrijk. De zaden hebben voornamelijk warmte nodig om te ontkiemen. Hoe warmer het is, hoe beter en sneller de zaden zullen ontkiemen. Vooral tomaten, paprika, chili, komkommer en courgette hebben veel warmte nodig – ideaal is een temperatuur van ongeveer 25°C.
De basis voor de groei van je groenteplanten is natuurlijk de juiste grond. Klassieke potgronden zijn niet geschikt om in te zaaien omdat ze te veel voedingsstoffen bevatten. Als er te veel voedingsstoffen in de grond zitten, hoeven de wortels niet te groeien om ze te bereiken. Het resultaat zijn korte en zeer zachte wortels die je plant niet genoeg standvastigheid bieden. Gebruik daarom bij voorkeur een aangepaste potgrond om te zaaien of te stekken. Voor groentesoorten die wel tolerant zijn aan voedingsstoffen (vb. tomaten, paprika) is een specifieke potgrond voor groenten zoals onze Kitchen Passion potgrond ideaal. Als je de helft van de kweekpotten vult met potgrond voor groenten en de andere helft met potgrond om te zaaien, kunnen jonge plantjes veel sterke wortels ontwikkelen en vervolgens verder groeien tot in de voedselrijke laag grond.
Kitchen Passion Potgrond
Potgrond voor Fruit, Groenten & Kruiden
En hoe zit het met water geven? De zaadjes kiemen onder invloed van warmte en water. Hierbij is het belangrijk dat de zaadjes niet uitdrogen en constant vochtig worden gehouden. Om te vermijden dat de zaadjes wegspoelen door de sterke waterstraal, kan je hiervoor een sproeifles gebruiken.
Wanneer je de groenten binnenshuis voorzaait in het voorjaar, draait je verwarming meestal nog op volle toeren. Jonge kiemplantjes kunnen de droge verwarmingslucht echter niet zo goed verdragen. Om dit tegen te gaan moet je de plantjes afdekken. Door de gecreëerde warmte zal de luchtvochtigheid stijgen en de kieming worden bevorderd.
Tip: Als je gebruikt maakt van een zaaikas of een kweekbak kan je de verschillende potjes ook gewoonweg bedekken met een omgedraaid inmaakglas. Vergeet zeker niet om je planten één maal per dag een paar minuten frisse lucht te gunnen. Zo krijgen ziekten geen kans om zich te ontwikkelen.
Worden alle groentezaden op dezelfde manier gezaaid?
Als je groenten zaait bekijk je best de grootte van de zaadjes om de juiste pot te kunnen kiezen. Bij grote zaden kan je de zaden direct in separate potten zaaien. Voor kleinere zaadjes is een grotere schaal geschikt. Op het einde kan je dan de sterkste plantjes eruit halen.
Tijdens het zaaien moet je een onderscheid maken tussen lichtkiemers en donkerkiemers. Donkerkiemers moeten dieper in de potgrond worden gestopt – ze moeten bedekt worden met een laagje potgrond. Tijdens het ontkiemen zal het zaadhulsje van het zaadje openbreken. Voor lichtkiemers mag je het zaadje maar met een heel dun laagje potgrond bedekken omdat het zaadje licht nodig heeft om te ontkiemen. Terwijl de meeste groenten tot de donkerkiemers behoren, maken heel wat kruiden deel uit van de groep lichtkiemers. Hier vind je een overzicht :
Je kan je zaadpotjes markeren zodat je na het zaaien de verschillende groentesoorten kan onderscheiden. Een leuk alternatief zijn zelfgemaakte prikkertjes (vb. tandenstokers of satéstokjes) met een mooi naambordje. Hippe Undergreen-plantenlabels kan je hier downloaden.
Waarom moet ik planten verspenen en hoe werkt dit?
Wanneer je je groenten zaait, worden vaak meerdere zaadjes per bak of pot geplant omdat ze niet allemaal even goed ontkiemen. Nadat het eerste bladpaar is gevormd, kan je de plantjes stekken. Ze mogen elkaar namelijk niet belemmeren in hun groei. Dit kan enkel door ze separaat of op grotere afstand van elkaar in een grotere pot of bak aan te planten. Kies de sterkste planten en plant ze in een nieuwe pot. Om het kleine kiemplantje ongeschonden uit de pot te halen, kan je het voorzichtig met een klein houten stokje uit de grond wrikken.
Vul de nieuwe pot met verse potgrond en maak een klein gaatje in het midden van de aarde. Plaats nu het kiemplantje en druk voorzichtig de wortels in het gat met een stokje zodat het plantje rechtop staat. Geef vervolgens rijkelijk water. Vanaf nu hoef je de pot niet meer met een deksel af te dekken.
Wanneer kan ik de voorgekweekte plantjes buiten zetten?
Omdat de meeste groentesoorten vorstgevoelig zijn, moet je wachten tot de IJsheiligen (rond midden mei) om ze in de vollegrond aan te planten. Het weer is dus een heel belangrijke factor – het is vooral belangrijk dat het ‘s nachts niet meer vriest. Houd er rekening mee dat de planten, die eerder op de vensterbank hebben gestaan, geen sterk zonlicht kunnen verdragen. Om de zon te vermijden, kan je je plant een paar dagen op een schaduwrijk plekje plaatsen of een zonnescherm voorzien.